door René Hoonhorst. vrijdag 12 december 2008 | 08:30 | Laatst bijgewerkt op: vrijdag 12 december 2008 | 17:04
SLUIS – Officieel hebben gemeentebestuurders van Knokke-Heist en de actiegroep Red onze Polder zich nog niet neergelegd bij opgave van de Willem Leopoldpolder. Maar zowel de gemeente als de actiegroep heeft begrepen dat het kabinet van de Vlaamse Gemeenschap al lang een besluit heeft genomen. “Minister van leefmilieu Hilde Crevits heeft ons enkele maanden geleden onomwonden laten weten dat we hoog of laag kunnen springen: ontpoldering staat vast.
Geen reden om Red onze Polder op te heffen. Samen met de gemeente moeten we zorgen dat het Vlaamse kabinet de ontpoldering beperkt tot 120 hectare en niet meer naturucompensatie buiten dat gebied zoekt”, meldt actievoerster Katleen Lanckriet.
Woordvoerder Jan Degroote bevestigt dat de gemeente ook inzet op het verbinden van strikte voorwaarden aan ontpoldering. Degroote geeft besmuikt toe dat Knokke-Heist het verzet tegen uitbreiding van het Zwinreseervaat heeft laten varen. “Ontpoldering ligt ook aan deze kant van de grens heel gevoelig. De Vlaamse Gemeenschap is echter niet te vermurwen. We stellen dus nu als gemeente dat de ontpoldering beperkt blijft tot 120 hectare.”
In dat areaal zijn dan ook de dijken inbegrepen. Bovendien mag de Zwingeul niet worden verlegd, omdat badplaats Knokke anders ruim een kilometer strand kwijtraakt, hebben burgemeester graaf Lippens en de zijnen laten weten. De wallen die om het nieuwe natuurgebied komen, mogen ook geen hoge muren zijn, maar moeten (re)creatief worden ingevuld, voegt Lanckriet er aan toe.
Voor het Sluise raadslid William Gijsel (Gemeentebelangen) zijn dat soort maatregelen niet meer dan een doekje voor het bloeden. Hij was onaangenaam verrast toen hij deze week hoorde dat de Willem Leopoldpolder in het Zwin toch ten prooi valt aan de zee. Uit ‘goed nabuurschap’ sluit Sluis zich bij het standpunt van Knokke aan, hoorde Gijsel burgemeester Jaap Sala deze week zeggen. “Het is een gelopen koers heb ik begrepen. Maar ik stel toch nog vwat vrafgen om te horen hoe het precies zit.”